NEN 8012 of Bouwbesluit? Keuze van het leidingtype

In elektrische installaties worden kabels en leidingen toegepast. Niet alleen voor energievoorziening, maar ook voor signalering, communicatie en beveiliging. Die kabels en leidingen worden veelal gemonteerd in buisleidingen of kabeldraagsystemen. Daarmee zijn deze kabels en leidingen onderdeel van een bouwwerk. Een bouwwerk in Nederland moet ten minste voldoen aan de eisen zoals gesteld in de Omgevingswet. De norm NEN 8012 zegt iets over welk type uitvoering bekabeling in het kader van brandveiligheid zou moeten worden toegepast. Maar, wordt de norm NEN 8012 in de Omgevingswet genoemd? Welke normen en eisen moeten

CPR-brandclassificatie bekabeling toepassen via NEN 8012

Met ingang van 1 juli 2017 valt in bouwwerken toe te passen bekabeling onder de Construction Products Regulation (CPR) en moet bekabeling gebruikt in bouwwerken zijn voorzien van een CE-markering. Bovendien moet zijn aangegeven aan welke in de CPR aangegeven classificatie die bekabeling voldoet. Vanaf die datum worden de nieuwe regels, vastgelegd via een Europese richtlijn in de Europese norm NEN-EN 50575, verplicht en mag een installateur alleen nog bekabeling gebruiken met een CE-markering en waarvoor een zogenoemd DoP-nummer is afgegeven. De nieuwe regels gelden voor alle gebouwbekabeling, zowel laagspannings-,

NEN 8012, nieuwe norm veilige bekabeling

Elke elektrische installatie is opgebouwd met kabels. Of het nu gaat om laagspanningskabels, zwakstroomkabels of glasvezelkabels, al deze vormen van bekabeling zijn voorzien van een mantel van kunststof. De vele vormen van deze kunststof hebben allemaal een ander gedrag bij brand of veroorzaken schadelijke of zelfs giftige stoffen. Inmiddels is een vernieuwde norm NEN 8012 beschikbaar, als opvolger van de NTA 8012, waarin wordt beschreven welk type kabel moet worden toegepast afhankelijk van het brandrisico in een gebruiksfunctie benoemd in het Besluit bouwwerken leefomgeving. Veel producten die in de handel worden